In de vorige blog vertelde ik over mijn Europese aanbesteding voor een opdracht in een middelgrote gemeente. Alle benodigde documenten zijn verstuurd. Mijn voorbereidend werk zit er op. Nu is het afwachten of ik bij deze gemeente aan de slag kan.
Recent bezocht ik de dansvoorstelling The Hole uitgevoerd door het Nederlands Danstheater 1 met als choreograaf Ohad Naharin. Een uitzonderlijke productie, die zich afspeelde in een ruimte waarin publiek en dansers van alle kanten bijna tegen elkaar opbotsten.
Wat aanbesteding en dansvoorstelling met elkaar te maken hebben; daarover gaat deze blog.
“The Hole is een dansverhaal over volume, kwetsbaarheid, het gebruik van kracht, onderzoek naar beweging en over organisatie en structuur. Het gaat over dynamiek, om jezelf kunnen lachen, overdrijven en onderschatten, en over verbinding tussen plezier en inspanning.
Bovenal vertelt het een verhaal over waanzin en over passie en plezier. Het gaat over in het moment zijn. Het gaat over luisteren naar een scala aan percepties en over jezelf toestaan dat dit bewustzijn het beginpunt vormt van alle gevoelens, vormen en inhoud.”
Bovenstaande beschrijving uit de brochure over The Hole zou een beschrijving kunnen zijn van de lokale democratie. De lokale democratie is geen willekeurig overheidsbedrijf of -loket, maar een vorm van historisch bevochten zelfbestuur, waarvan de wortels eeuwen verder terug gaan dan die van de provinciale, nationale en Europese overheden.
Tijdens het doen van deze Europese aanbesteding ervoer ik botsende werelden, ieder met eigen percepties. Want enerzijds bestaat zo’n aanbesteding uit procedures, regels en richtlijnen en instanties die toezien op de naleving ervan: een technocratische aanpak met effectiviteit en efficiency als uitgangspunt.
Anderzijds gaat de inhoud van de opdracht over talentontwikkeling en het vergroten van professionaliteit. Een bewijs van het feit dat deze gemeente beseft dat gemeentepolitiek ten diepste bestaat uit mensenwerk. Dat achter die technocratische buitenkant de kostbare waarden schuilen, die lokale democratie vertegenwoordigt zoals gemeenschapskracht, ideeënrijkdom en oplossingsvermogen.
Op 21 maart gingen we naar de stembus om een nieuwe gemeenteraad te kiezen. In de vorige regeerperiode namen de gemeenten steeds meer taken van het rijk over. Zo zijn gemeenten sinds 2015 verantwoordelijk voor jeugdzorg, de lichtere langdurige zorg (huishoudelijke hulp) en de begeleiding van gehandicapten naar de arbeidsmarkt. Ook zorgen gemeenten tegenwoordig voor de huisvesting van statushouders, taallessen en integratie. Gemeenten bepalen of mensen een tegenprestatie moeten leveren, voordat zij een bijstandsuitkering ontvangen; of er nieuwe klimaatneutrale woningen worden gebouwd. De gemeenteraadsverkiezingen gaan dus over onderwerpen die heel dicht bij ieder van ons liggen.
Deze machtsoverdracht van rijk naar gemeenten, van beleid naar ambtenaar en van ambtenaar naar burger is een uitermate spannende decentralisatie. Zoals bij alle veranderingen is het de vraag hoe de betrokkenen er mee omgaan.
Kan het gevestigde machtscentrum de verleiding weerstaan om de touwtjes naar zich toe te halen, alles weer recht te trekken en te uniformeren? En hoe staat het met de zeggenschap van burgers, nodig om lokaal te experimenteren met oplossingen? Verantwoordelijkheid zonder zeggenschap heeft weinig invloed en zal niet leiden tot het gewenste effect.
Idealiter beginnen grote veranderingen klein: experimenten waar burgers zelf eigenaar blijven van hun idee en zelf verantwoordelijk zijn voor uitvoering en resultaat. Dan ontstaan maatschappelijke initiatieven – lokale gemeenschapskracht – waaraan de gemeente vanaf de zijlijn participeert en hooguit faciliteert.
Verandering zorgt altijd voor botsingen in de praktijk van alledag. Pijnpunten worden zichtbaar, posities worden uitgedaagd en op alle niveaus zien mensen zich gedwongen om te gaan bewegen.
Een en ander vergt voor alle betrokkenen een totaal andere mindset. Bestuurders, managers en professionals zullen snel moeten leren schakelen tussen directief en procesmatig aansturen aan de ene kant, en burgers de ruimte geven en ze faciliteren aan de andere kant.
Burgers moeten leren schakelen tussen enerzijds meebewegen en de regels en richtlijnen volgen. Op andere momenten gaat het om precies het omgekeerde: eigenwijsheid, durf om te botsen en doorzettingsvermogen om eigen ideeën vorm te kunnen geven. Een voortdurend zoeken, vinden en ijken van de balans tussen de gemeente vóór en de gemeente ván de burgers.
Ik geloof in de waarden die de lokale democratie vertegenwoordigt en lever daar graag mijn bijdrage aan. In ieder geval door te gaan stemmen, en natuurlijk hoop ik daadwerkelijk binnen de gemeente aan de slag te kunnen gaan. Want de genoemde veranderingen vragen om een herdefinitie van sociale relaties, leren omgaan met uiteenlopende belangen, en bovenal om vertrouwen in de kracht en rijkdom van de lokale gemeenschap.
Copyright © 2018 Marlou-Elsen Je mag mijn artikelen of delen van mijn artikelen gebruiken, mits je de volgende status als bronvermelding opneemt (Copyright © 2018 Marlou-Elsen, www.marlou-elsen.nl). Ik vind het fijn als je mij daarover informeert.
Schrijf je in voor mijn e-boek Van Keuzestress naar Keuzekunst. Dan ontvang je iedere derde dinsdag van de maand een waardevol artikel in je mailbox.